Orde van dienst KKS-dienst in de Regenboog in samenwerking met CBS De Verrekijker;

Thema: Wat zou jij doen?

Voorganger: ds. E. v/d Meulen

Ouderling:     mw. W. Gerrits-Meijer

Organist:       dhr. A. Verhart

ORDE VAN DIENST

Welkom en mededelingen

Aansteken van de tafelkaarsen

Zingen als welkom: Goedemorgen, welkom allemaal (Lied 288) (met orgel)

1  Goedemorgen, welkom allemaal,

ik met mijn en jij met jouw verhaal,

lachen, huilen, vrolijkheid en pijn,

alles mag er zijn!

God, ik vraag U, kom in onze kring.

Wees erbij wanneer ik bid en zing.

Ik met mijn en U met uw verhaal

verteld in mensentaal.

We zijn even stil

Bemoediging en groet

Zingen: In de ruimte van de kerk (met orgel) (we zingen het refrein aan het begin en het eind) groep 1 en 2 loopt langs het doopvont, de Paaskaars, het Avondmaal stel en de bijbel

In de ruimte van de kerk

komen we bijeen.

Er is plaats voor wie dat wil

plaats voor iedereen.

Plek waar wij elkaar begroeten,

als gemeente God ontmoeten.

Waar we zingen waar we dromen

samen weer op adem komen

ga maar in de ruimte staan

kijk eens om je heen.

Ga eens bij het doopvont staan,

schaal waaruit we dopen gaan.

Zie je, er kan water in,

water voor een nieuw begin.

Hier een beker en een schaal.

Die zijn voor het Avondmaal.

Voor het brood en voor de wijn

waarmee wij gemeente zijn.

Ook de paaskaars hoort erbij.

Licht van God voor jou en mij.

Op het paasfeest ging hij aan

en blijft een jaar lang staan.

Hier de bijbel, Gods verhaal

dat is voor ons allemaal.

Samen lezen, samen stil,

samen horen wat God wil.

In de ruimte van de kerk

komen we bijeen.

Er is plaats voor wie dat wil

plaats voor iedereen.

Plek waar wij elkaar begroeten,

als gemeente God ontmoeten.

Waar we zingen waar we dromen

samen weer op adem komen

ga maar in de ruimte staan

kijk eens om je heen.

Gebed

Zingen: Lees je bijbel (met gebaren) (Hemelhoog 382, Nederlands, Engels en Frans) (met orgel)

1  Lees je bijbel, bid elke dag,

bid elke dag, bid elke dag.

Lees je bijbel, bid elke dag,

dat je groeien mag,

dat je groeien mag,

dat je groeien mag.

Lees je bijbel, bid elke dag,

dat je groeien mag.

2  Read your bible, pray every day,

pray every day, pray every day.

Read your bible, pray every day,

if you want to grow,

if you want to grow,

if you want to grow.

Read your bible, pray every day,

if you want to grow.

3  Lis ta bible, prie chaque jour,

prie chaque jour, prie chaque jour.

Lis ta bible, prie chaque jour,

quand tu veux grandir,

quand tu veux grandir,

quand tu veux grandir.

Lis ta bible, prie chaque jour,

quand tu veux grandir.

Lezen Bijbelverhaal: Lucas 10:25-37 – door een kind uit groep 5/6  Bijbel in gewone taal

Een Samaritaan helpt

Een wetsleraar stelt Jezus een vraag

Er kwam een wetsleraar naar Jezus toe. Hij wilde Jezus iets verkeerds laten zeggen. Hij vroeg: ‘Meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te krijgen?’ Jezus zei tegen hem: ‘Wat staat er in de wet? Wat lees je daar?’ De man antwoordde: ‘Houd van de Heer, je God, met je hele hart, met je hele ziel, met je hele verstand en met al je kracht. En houd evenveel van je

medemensen als van jezelf.’ Toen zei Jezus: ‘Dat is het goede antwoord. Als je dat doet, zul je eeuwig leven.’

Jezus vertelt over een man op reis

De wetsleraar wilde laten zien dat hij de wet beter kende dan Jezus. Daarom vroeg hij: ‘Wie is mijn medemens dan?’ Toen vertelde Jezus een verhaal. Hij zei: ‘Een man reisde van Jeruzalem naar Jericho. Maar onderweg werd hij door rovers overvallen. Ze pakten alles van hem af, ook zijn kleren. Ze sloegen hem halfdood, en lieten hem liggen. Toevallig kwam er een priester langs. Hij zag de man wel liggen, maar hij liep hem voorbij aan de overkant van de weg. Toen er even later een hulppriester langskwam, gebeurde hetzelfde. Hij zag de man wel liggen, maar hij liep hem voorbij aan de overkant van de weg.

Een Samaritaan helpt de man

Toen kwam er een vreemdeling langs, een Samaritaan. Hij zag de man liggen en kreeg medelijden. Daarom ging hij naar hem toe. Hij verzorgde de wonden van de man met olie en wijn. En hij deed er verband om. Toen zette hij de man op zijn eigen ezel en bracht hem naar een herberg. Daar zorgde hij voor hem. De volgende dag gaf de Samaritaan geld aan de eigenaar van de herberg en zei: ‘Zorg goed voor de man. Als het je meer geld kost, krijg je dat van me op mijn terugreis.’’ Toen vroeg Jezus: ‘Wat denk je? Wie was de medemens van de man die overvallen werd? De priester, de hulppriester of de Samaritaan?’ De wetsleraar antwoordde: ‘De Samaritaan, want die was goed voor de gewonde man.’ Toen zei Jezus: ‘Doe dan voortaan net zoals de Samaritaan.

Fotoverhaal groep 5/6

Verkondiging en samenspraak in drieluik

Deel 1: wie loopt voorbij? –  aan de hand van de tekeningen groep ½

Zingen: Loop me niet voorbij (via YouTube)

Deel 2: wie ligt er op de weg?

Zingen: Als je geen liefde hebt voor elkaar (Hemelhoog 388:1-4) (met orgel)

1  Als je geen liefde hebt voor elkaar

vallen de dromen in duigen.

Dromen van vrede worden niet waar,

kwaad is niet om te buigen.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

2  Als je geen antwoord geeft op verdriet

zullen de tranen niet drogen.

Als je het leed in de wereld niet ziet

worden Gods woorden verbogen.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

3  Als je geen oog hebt voor het gemis,

als je geen brood weet te delen,

denk dan aan Jezus, die brood en die vis

uit liefde deelde met velen.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

4  Als je geen liefde hebt voor elkaar

is er geen hoop meer op zegen.

Kinderen, maak de liefde toch waar;

schrijf het op alle wegen.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

Als je geen liefde hebt voor elkaar

leef je buiten Gods gloria.

Elfje(s) lezen: groep ¾

Deel 3 samenspraak: wat zou ik doen?

Zingen: Handen heb je om te geven (GotZ 94:1,2,3,4) (met orgel)

1  Handen heb je om te geven

van je eigen overvloed,

en een hart om te vergeven,

wat een ander jou misdoet.

Open je oren om te horen,

open je hart voor iedereen.

2  Ogen heb je om te zoeken

naar wat mensen nog ontbreekt,

en een hart om uit te zeggen,

wat een ander moed inspreekt.

Open je oren om te horen,

open je hart voor iedereen.

3  Schouders heb je om te dragen

zorg en pijn van alleman,

en een hart om te aanvaarden,

wat een ander beter kan.

Open je oren om te horen,

open je hart voor iedereen.

4  Voeten heb je om te lopen

naar een mens die eenzaam is, 

en een hart om waar te maken,

dat geen mens een eiland is.

Open je oren om te horen,

open je hart voor iedereen.

5  Oren heb je om te horen,

naar een mens die vrede is

en een hart om te geloven,

in zijn God die liefde is.

Open je oren om te horen,

open je hart voor iedereen.

Danken en bidden: door kind(eren) van groep 7/8

Onze Vader (gesproken)     

Onze Vader die in de hemelen zijt,

uw naam worde geheiligd;

uw Koninkrijk kome;

uw wil geschiede,

gelijk in de hemel alzo ook op de aarde.

Geef ons heden ons dagelijks brood;

en vergeef ons onze schulden,

gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren;

en leid ons niet in verzoeking,

maar verlos ons van de boze.

Want van u is het Koninkrijk en de kracht

en de heerlijkheid tot in eeuwigheid. Amen.

Toelichting op de collecte (de collecte is bij de uitgang)

Zingen: Je mag er zijn (Kinderopwekking 180) (via YouTube)

We gaan weer naar huis en we krijgen de zegen van God mee, afgesloten met het zingen van Lied 416:1,4 (Ga met God)

1  Ga met God en Hij zal met je zijn,

jou nabij op al je wegen

met zijn raad en troost en zegen.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

4  Ga met God en Hij zal met je zijn

tot wij weer elkaar ontmoeten,

in zijn naam elkaar begroeten.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

Welkom bij koffie, thee en ranja