Liturgie 18 mei 2025
Protestantse Gemeente Valthe en Valthermond
Protestantse Gemeente Ter Apel
Orde van dienst voor zondag 18 mei 2025 – bevestiging van Meta Barelds tot diaken
DIENST VAN DE VOORBEREIDING
Welkom en mededelingen
Uitleg bij de liturgische schikking
Intochtslied: Psalm 23: 1,3
Stil gebed
Bemoediging en groet
Zingen als inleiding op het Kyriegebed: Lied 281:1-5 (in beurtzang: 1: mannen; 2: vrouwen; 3: mannen; 4: vrouwen; 5: allen)
Kyriegebed voor de nood in de wereld
Zingen als loflied: Lied 281:6-10 (in beurtzang: 6: mannen; 7: vrouwen; 8: mannen; 9: vrouwen; 10: allen)
Gebed bij de opening van het Woord
Kinderlied: Welkom, welkom, dit is het moment (als er kinderen zijn)
DIENST VAN HET WOORD
Lezing: Johannes 4:5-42
[5] Zo kwam Hij bij de Samaritaanse stad Sichar, dicht bij het stuk grond dat Jakob aan zijn zoon Jozef gegeven had, [6] waar de Jakobsbron is. Jezus was vermoeid van de reis en ging bij de bron zitten; het was rond het middaguur. [7] Toen kwam er een Samaritaanse vrouw water putten. Jezus zei tegen haar: ‘Geef Mij wat te drinken.’ [8] Zijn leerlingen waren namelijk naar de stad gegaan om eten te kopen. [9] De vrouw antwoordde: ‘Hoe kunt U, als Jood, mij om drinken vragen? Ik ben immers een Samaritaanse!’ (Joden gaan namelijk niet met Samaritanen om.) [10] Jezus zei tegen haar: ‘Als u wist wat God wil geven, en wie het is die u om water vraagt, zou u Hém erom vragen en dan zou Hij u levend water geven.’ [11] ‘Maar heer,’ zei de vrouw, ‘U hebt geen emmer, en de put is diep – waar wilt U dan levend water vandaan halen? [12] U kunt toch niet meer dan Jakob, onze voorvader? Hij heeft ons die put gegeven en er zelf nog uit gedronken, en ook zijn zonen en zijn vee.’ [13] Jezus antwoordde: ‘Iedereen die dit water drinkt zal weer dorst krijgen, [14] maar wie het water drinkt dat Ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen. Het water dat Ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft.’ [15] ‘Geef mij dat water, heer,’ zei de vrouw, ‘dan zal ik geen dorst meer hebben en hoef ik ook niet meer hierheen te komen om water te putten.’ [16] Toen zei Jezus tegen haar: ‘Ga uw man eens roepen en kom dan weer terug.’ [17] ‘Ik heb geen man,’ zei de vrouw. ‘U hebt gelijk als u zegt dat u geen man hebt,’ zei Jezus, [18] ‘u hebt vijf mannen gehad, en degene die u nu hebt is uw man niet. Wat u zegt is waar.’ [19] Daarop zei de vrouw: ‘Ik begrijp dat U een profeet bent, heer. [20] Onze voorouders vereerden God op deze berg, en bij u zegt men dat in Jeruzalem de plek is waar God vereerd moet worden.’ [21] ‘Geloof Me,’ zei Jezus, ‘er komt een tijd dat jullie noch op deze berg, noch in Jeruzalem de Vader zullen aanbidden. [22] Jullie vereren wat je niet kent, wij vereren wat we kennen; de redding komt immers van de Joden. [23] Maar er komt een tijd, en die tijd is nu gekomen, dat wie de Vader echt aanbidt, Hem aanbidt vervuld van Geest en waarheid. De Vader zoekt mensen die Hem zo aanbidden, [24] want God is Geest, dus wie Hem aanbidt, moet dat doen vervuld van Geest en waarheid.’ [25] De vrouw zei: ‘Ik weet wel dat de Messias zal komen,’ (dat betekent ‘gezalfde’) ‘wanneer hij komt zal hij ons alles vertellen.’ [26] Jezus zei tegen haar: ‘Ik ben het, degene die met u spreekt.’
[27] Op dat moment kwamen zijn leerlingen terug, en ze verbaasden zich erover dat Hij met een vrouw in gesprek was. Toch vroeg niemand: ‘Waar bent U op uit?’ of: ‘Waarom spreekt U met haar?’ [28] De vrouw liet haar kruik staan, ging terug naar de stad en zei tegen de mensen daar: [29] ‘Kom mee, er is iemand die alles van mij weet. Zou dat niet de messias zijn?’ [30] Toen gingen de mensen de stad uit, naar Hem toe.
[31] Intussen zeiden de leerlingen tegen Jezus: ‘Rabbi, U moet iets eten.’ [32] Maar Hij zei: ‘Ik heb voedsel dat jullie niet kennen.’ [33] ‘Zou iemand Hem iets te eten gebracht hebben?’ zeiden ze tegen elkaar. [34] Maar Jezus zei: ‘Mijn voedsel is: de wil doen van Hem die Mij gezonden heeft en zijn werk voltooien. [35] Zeggen jullie niet: “Nog vier maanden en dan komt de oogst”? Ik zeg jullie dit: kijk om je heen, dan zie je dat de velden rijp zijn voor de oogst! [36] Nu al krijgt de maaier zijn loon en verzamelt hij vruchten voor het eeuwige leven, zodat de zaaier en de maaier tegelijk feest kunnen vieren. [37] Hier is het gezegde van toepassing: De een zaait, de ander maait. [38] Ik stuur jullie eropuit om een oogst binnen te halen waarvoor je geen moeite hebt hoeven doen; dat hebben anderen gedaan en jullie maken hun werk af.’
[39] In die stad kwamen veel Samaritanen tot geloof in Hem door het getuigenis van de vrouw: ‘Hij weet alles van mij.’ [40] Ze gingen naar Hem toe en vroegen Hem bij hen te blijven. Toen bleef Hij nog twee dagen. [41] Nog veel meer mensen kwamen tot geloof door wat Hij zei; [42] ze zeiden tegen de vrouw: ‘Wij geloven nu niet meer om wat jij gezegd hebt, maar we hebben Hem zelf gehoord en we weten dat Hij werkelijk de redder van de wereld is.’
Zingen: Gij zijt het water ons ten leven (Lied 653:3,7)
Verkondiging
Orgelspel
Zingen: Abba Vader (Lied 886)
BEVESTIGING AMBTSDRAGER
Presentatie
In het leven van de kerkelijke gemeente heeft onze Heer Jezus Christus aan ieder talenten gegeven. Uit het midden van de gemeente worden mensen geroepen tot een bijzondere taak, zoals het ambt van diaken.
Op deze manier rusten we elkaar toe om in de wereld getuigenis af te leggen van de hoop die in ons is en om het lichaam van Christus op te bouwen.
Zij mogen dit werk verrichten, in navolging van onze Heer Jezus Christus, die niet gekomen is om zich te láten dienen maar om te dienen.
Het dienstbaar zijn in Christus’ naam wordt in de gemeente duidelijk zichtbaar in het ambt van diaken.
Al van oudsher is het hun taak om samen met de predikant het Avondmaal te bedienen.
Ze doen dit volgens Bijbelse richtlijnen.
Daarnaast zamelen ze de gaven van de gemeente in
om mensen, die hulp nodig hebben
– binnen of buiten de kerk, dichtbij en veraf –
te laten delen in de liefde van Christus.
Door middel van gebed en concrete hulp komen zij op voor het recht van
ieder mens die hulp nodig heeft: degenen die om hulp roepen en ook voor degenen die er zelf niet om vragen.
De diakenen proberen te bevorderen,
dat armen en rijken elkaar ontmoeten,
want allen zijn schepselen van de Heer: rijk en arm.
Aan deze verbondenheid
met alle mensen en met heel de schepping
herinneren zij ons telkens weer,
als zij brood en beker bij ons doen rondgaan,
en wij de dood des Heren verkondigen,
totdat Hij komt.
Alle ambtsdragers samen vormen de kerkenraad.
Het is hun verantwoordelijkheid
om, in samenspraak met de gemeente, ervoor zorg te dragen
dat er gevierd en geleerd wordt in de erediensten;
dat we niet voor onszelf leven, maar dat we de ander dienen
en dat we elkaar bij de heilsgeheimen bewaren:
vóór alle dingen zoeken wij immers
Gods koninkrijk en zijn gerechtigheid.
Meta, je hebt van harte laten weten dat je dit ambtswerk wilt aanvaarden:
vergeet dan niet dat het Christus’ eigen kudde is, die je zult dienen.
Christus heeft zijn leven gegeven voor deze mensen, – het is Zíjn kerk.
Aanvaard dan je dienst met blijdschap;
voed jezelf met het Woord van God, volhard in het gebed
en als je het moeilijk vindt, vertrouw dan op de kracht van de Heilige Geest.
Zingen: Ik wil jou van harte dienen via YouTube
Gebed
Gelofte
Ben je er ten volle van overtuigd,
dat God zelf je dóór Zijn gemeente tot deze dienst heeft geroepen?
Aanvaard je de bijbel, bij het licht waarvan wij leven, als enige regel van het geloof,
en wil je alles wat daarmee strijdig is, verwerpen en daadwerkelijk tegenstaan?
Beloof je je ambt trouw te bedienen, met liefde voor de gemeente
en voor álle mensen die de Heer op je weg brengt?
Beloof je ook om voorgoed geheim te houden
wat je vertrouwelijk wordt toevertrouwd of tot je kennis is gekomen
en beloof je je taak te vervullen overeenkomstig de orde van onze kerk?
Bevestiging en zegen
Vraag aan de gemeente: (gemeente gaat staan)
Gemeenteleden van de Protestantse gemeente Valthe/Valthermmond,
Meta Barelds is bevestigd in de kerkenraad van de Protestantse gemeente Valthe/Valthermond,
maar ze maakt daarmee ook deel uit van de Samen kerkenraad,
samen met de Protestantse gemeente Ter Apel.
Daarom stel ik aan u allen de volgende vragen:
Belooft u haar te aanvaarden,
haar te omringen met uw medeleven,
haar te dragen in uw gebeden
en met haar en alle andere ambtsdragers mee te werken in de dienst aan onze Heer?
Gemeente van onze Heer Jezus Christus, wat is daarop uw antwoord?
………..
Zingen: Dat ’s Heren zegen op u daal (Lied 363)
Gedicht: ‘Troost’ – door Meta Barelds
Woord van welkom: Diana Tjeerdsma (voorzitter van de kerkenraad)
Zingen: Grote God wij loven U (Lied 413:1-3)
DIENST VAN HET ANTWOORD
Danken en voorbeden
Toelichting op de collecte
Slotlied: Welk een vriend is onze Jezus (Hemelhoog 365:1,3)
Heenzending en zegen