Stille Zaterdag 2024; Valthermond, 21.30 uur

Organist: dhr. E. Wobbes

Voorgangers: ds. Elly v.d. Meulen en ds. Helmut Thon

Lectoren: Aiko Olthof, Jetta Niemeijer, Frouwien de Vries

Stem: Albert de Vries

Diaken van dienst: Hilly Alserda

Ouderling van dienst: Frouwien de Vries

Liturgische schikking: Janny van Klinken

Aanvang – ds. Helmut Thon

We starten in de stilte

En in betrekkelijk duister

We zoeken onze plek hier in de banken.

Dit is de nacht dat we gedenken

hoe God zijn Zoon terugriep uit de dood vandaan.

We wandelen door de Bijbelverhalen,

die ons vertellen van  de geschiedenis,

de geschiedenis van God met ons mensen.

Dat is een geschiedenis die ons uit het donker van de nacht

leidt naar het licht van Christus.

We waken en wachten

We vieren hoe er licht komt in de duisternis.

Een nieuwe morgen daagt.

In het midden van de nacht

stond onze Heer op uit de doden.

Zijn lichaam als een graankorrel in de aarde gelegd,

werd opgewekt tot een nieuw leven,

zoals bij de doop de mens ten onder gaat

door het water heen nieuw leven vindt.

Zo herdenken we in deze nacht ook onze doop.

En vieren we hoe in de nacht de Heer is opgestaan.

Als teken van zijn Opstanding dragen

we de nieuwe Paaskaars binnen.

Stilte

Samenzang: Psalm 65:1 en 4

Uitleg bij de liturgische schikking – Janny van Klinken

Gebed – ds. Elly v.d. Meulen

Stem A: Waarom is deze nacht anders dan alle andere nachten? – Hilly Alserda

Stem:  Dit is de nacht waarin wij gedenken, dat God de hemel en de aarde geschapen heeft.

Schepping (Naar: Huub Oosterhuis, toespraak in de Amsterdamse studentenekklesia, 27 juli 2008) – Aiko Olthof

Zo werd het avond en morgen. Dag één. De eerste dag. Het grote verhaal over menswording, de bijbel, begint met duisternis en het tijdsverloop is avond – nacht – morgen. Niet ‘dag en nacht’, zoals wij zeggen, maar ‘nacht en dag’. Zo werd het avond en morgen, twee- drie- vier- vijf- zesde dag, toen God zag dat het goed was. Meer dan goed: mensheid naar zijn beeld.

God? Ik heb Hem gezocht, niet gevonden.

Het licht van de wereld. Hebben jullie Hem gezien?

Ga ik slapen, dan denk ik: wanneer wordt het dag?

Als ik opsta, denk ik: wordt het ooit avond?

Dan wordt het avond, nacht en eindeloos duurt het.

Samenzang: God heeft het eerste woord (Lied 513:1-4)

Stem: Dit is de nacht waarin wij gedenken, dat God bevrijdt allen die in slavernij gevangen zitten.

Lezing: Uittocht (Exodus 13:14-16; NBV04)- Jetta Niemeijer

En als een van uw kinderen u later vraagt: “Waarom doen wij dit?” dan moet u dit antwoord geven: “Met krachtige hand heeft de HEER ons bevrijd uit Egypte, uit de slavernij. 15 Toen de farao weigerde ons te laten gaan, heeft de HEER alle eerstgeborenen in Egypte, van de mensen en van het vee, gedood. Daarom offer ik de HEER alle mannelijke dieren die als eerste de moederschoot verlaten en koop ik elke eerstgeboren zoon vrij.” 16 Laat dit gebruik zijn als een teken om uw arm en een band op uw voorhoofd, om u eraan te herinneren dat de HEER ons met krachtige hand uit Egypte heeft bevrijd.’

Samenzang: Psalm 107:1,2

Stem: Dit is de nacht waarin wij gedenken, dat God een verbond met ons gesloten heeft en ons altijd het goede wil schenken.

Lezing: Een nieuw verbond (Jesaja 55:1-3 Het verhaal gaat, Nico ter Linden) – Frouwien de Vries

Kom dan, alle gij dorstigen, kom tot het water, het water van Gods heilige Thora. Ook, wie geen geld heeft, kom, koop koren en eet, ja, kom, koop zonder geld, zonder prijs, wijn en melk. Waarom geven jullie je goede geld aan brood dat geen brood is, je moeizaam verdiende loon aan wat niet verzadigt? Hoor toch naar mijn woorden en eet wat goed voor je is, neig je oor en kom tot mij, luister, en je ziel zal weer leven. Ik schenk je een onvergankelijk verbond. Samenzang: De Heer is mijn herder (Psalm 23B:1,2,3) Stem: Dit is de nacht waarin wij gedenken, dat voor God de dood niet het einde is, maar dat er nieuw leven is. Lezing: Dode beenderen komen tot leven (Ezechiël 37:1-6; NBV04) – Aiko Olthof

1 Ik werd opnieuw door de hand van de HEER gegrepen. Zijn geest voerde mij mee en hij zette mij neer in een dal vol beenderen. 2 Ik moest er aan alle kanten omheen lopen, en zo zag ik dat er verspreid over het dal heel veel beenderen lagen, die helemaal waren uitgedroogd. 3 De HEER vroeg mij: ‘Mensenkind, kunnen deze beenderen weer tot leven komen?’ Ik antwoordde: ‘HEER, mijn God, dat weet u alleen.’ 4 Toen zei hij: ‘Profeteer, en zeg tegen deze beenderen: “Dorre beenderen, luister naar de woorden van de HEER! 5 Dit zegt God, de HEER: Beenderen, ik ga jullie adem geven zodat jullie tot leven komen. 6 Ik zal jullie pezen geven, vlees op jullie laten groeien en jullie met huid overtrekken. Ik zal jullie adem geven zodat jullie tot leven komen, en jullie zullen beseffen dat ik de HEER ben.”’

Samenzang: De Geest des Heren heeft een nieuw begin gemaakt (Lied 686:1-3)

Gebed – ds. Helmut Thon

Stem: Dit is de nacht waarin wij onze doop gedenken.

Lezing: Het gebed van Jona (Jona 2:1-11, Bijbel in gewone taal) – Jetta Niemeijer

21De Heer stuurde een grote vis om Jona op te eten. Drie dagen en drie nachten zat Jona in de buik van de vis. 2Daar bad hij tot de Heer, zijn God. 3Dit is het gebed van Jona: ‘Toen ik bang was, riep ik naar u, Heer. Van u kreeg ik antwoord. Ik was bijna dood, ik schreeuwde om hulp. U hebt mij gehoord. 4U gooide mij midden in de diepe zee. Het water was overal. Hoge golven rolden over me heen. 5En ik dacht: U stuurt mij weg, nooit meer zal ik uw heilige tempel zien. 6Het water sloeg over mijn hoofd. De zee was overal om me heen. Mijn hoofd zat vast in waterplanten. 7Ik ging naar de diepte, waar de bergen beginnen. Ik leek voor altijd gevangen in het land van de dood. Maar u, Heer, trok mij levend uit het graf. 8Toen het einde van mijn leven kwam, dacht ik weer aan u, Heer. Ik bad tot u, in uw heilige tempel hoorde u mij. 9Veel mensen dienen waardeloze goden. Ze verlaten de God die helpen kan. 10Maar ik niet! Ik zal u met offers danken, en een lied voor u zingen. Alles wat ik beloof, zal ik doen. Want alleen u, Heer, brengt redding!’ 11Toen gaf de Heer opdracht aan de vis om Jona uit te spugen op het land.

Herdenken van onze doop – ds. Helmut Thon

We gaan staan.

Tijdens orgelspel wordt het doopwater binnengebracht en in de doopvont uitgegoten – Hilly Alserda

Broeders en zusters, De apostel Paulus schrijft: ‘Weet u niet dat wij die gedoopt zijn in Christus Jezus zijn gedoopt in zijn dood? We zijn door de doop in zijn dood met hem begraven om, zoals Christus door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden. Als wij delen in zijn dood, zullen wij ook delen in zijn opstanding’. In de doop zijn wij met Christus begraven om met Hem ten leven te worden opgewekt. Daarom vraag ik u die in deze nacht uw doop wilt gedenken uw stem te verheffen en antwoord te geven: Wilt u de Heer uw God dienen en naar zijn stem alleen horen?

Allen:  Ja, dat wil ik.

Wilt ge u verzetten tegen alle machten die als goden over ons willen heersen?

Allen:  Ja, dat wil ik.

Wilt u ieder slavenjuk afwerpen en leven in de vrijheid van Gods kinderen?

Allen:  Ja, dat wil ik.

Samenzang: Vernieuw Gij mij, o eeuwig Licht! (Lied 834:1-3)

Laten wij dan in deze nacht met de kerk van alle tijden en van alle plaatsen ons geloof belijden.

Samenzang geloofsbelijdenis: Ik geloof … (EL 289:1,2,3)

We gaan zitten

Stem: Dit is de nacht waarin wij gedenken dat Christus onze Heer in het duister van de nacht is opgestaan en de dood heeft overwonnen.

De Opstanding (Matteüs 28:1-10, NBV) – Frouwien de Vries

1 Na de sabbat, toen de ochtend van de eerste dag van de week gloorde, kwam Maria uit Magdala met de andere Maria naar het graf kijken. 2 Plotseling begon de aarde hevig te beven, want een engel van de Heer daalde af uit de hemel, liep naar het graf, rolde de steen weg en ging erop zitten. 3 Hij lichtte als een bliksem en zijn kleding was wit als sneeuw. 4 De bewakers beefden van angst en vielen als dood neer. 5 De engel richtte zich tot de vrouwen en zei: ‘Wees niet bang, ik weet dat jullie Jezus, de gekruisigde, zoeken. 6 Hij is niet hier, hij is immers opgestaan, zoals hij gezegd heeft. Kijk maar, dat is de plaats waar hij gelegen heeft. 7 En ga nu snel naar zijn leerlingen en zeg hun: “Hij is opgestaan uit de dood, en dit moeten jullie weten: hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zul je hem zien.” Dat is wat ik jullie te zeggen had.’ 8 Ontzet en opgetogen verlieten ze haastig het graf om het aan zijn leerlingen te gaan vertellen. 9 Op dat moment kwam Jezus hun tegemoet en groette hen. Ze liepen op hem toe, grepen zijn voeten vast en bewezen hem eer. 10 Daarop zei Jezus: ‘Wees niet bang. Ga mijn broeders vertellen dat ze naar Galilea moeten gaan, daar zullen ze mij zien.’

We gaan staan

De nieuwe Paaskaars wordt binnengedragen – Hilly Alserda

Ondertussen zingen we: Geprezen zij de Heer die eeuwig leeft (EL125:1-3)

Voorganger – ds. Elly v.d. Meulen

Het licht van Christus die in heerlijkheid verrezen is, moge de duisternis uit ons leven verdrijven. Midden in de nacht is het duister verdreven, de zon der gerechtigheid gaat over ons op. Amen

Lied: Licht, licht, alles wordt licht (Uit het Paasoratorium ‘Als de graankorrel sterft’ van Marijke de Bruijne) Refrein – we zingen het 3x

Licht, licht alles wordt licht, niets dan licht, overal licht.Alles is licht geworden.

Uitgezonden: we mogen de zegen ontvangen – ds. Elly v.d. Meulen